Vol 71 Nr 3 (1994)

Gepubliceerd: 1994-01-01

Artikel

  • De leraar

    N. Verloop, Th. Wubbels

    Verloop en Wubbels bespreken een aantalrecente ontwikkelingen op het terrein van hetonderzoek naar de opleiding en het functioneren van leraren. Daarbij gaan zij voornamelijkin op het buitenlands onderzoek dat op het onderhavige terrein beschikbaar is. Zij besprekenachtereenvolgens het onderzoek naar praktijkkennis van leraren, het fenomeen van de Pr"'fessional Development Schools, de mogelijkheden voor alternatieve bevoegdheidsverklaring van docenten en recente ontwikkelingei*op het terrein van docentbeoordeling. De viefontwikkelingen worden zowel besproken al®kritisch geëvalueerd.

  • Recente ontwikkelingen in het onderzoek naar leraren en lerarenopleiding

    N. Verloop, Th. Wubbels

    In dit artikel komt een viertal recente ontwikkelingen op het terrein van onderzoek naar de opleiding en het functioneren van leraren aande orde. Eerst wordt ingegaan op de recente belangstelling voor de zogenaamde praktijkkennis van docenten. Het gaat daarbij om inzichten en vaardigheden die de docentgedurende zijn beroepscarrière heeft verworven en die in belangrijke mate het handelen sturen. Er wordt ingegaan op een aantal essentiëlekenmerken van praktijkkennis en er worden enkele kritische kanttekeningen geplaatst.Bij de drie andere ontwikkelingen die behandeld worden, wordt niet alleen het betreffendeonderzoek besproken, maar wordt eveneenseen verband gelegd met recente beleidsontwikkelingen. Eerst wordt ingegaan op het onderzoek naar Professional Development Schools,waarbij de school een zeer centrale rol krijgttoebedeeld in de opleiding van leraren. Er wordtaandacht geschonken aan de voorwaardenwaaronder dergelijke initiatieven meer of minder succesvol zijn.

  • De leraar in de autonome school

    A.M.P. Knoers

    Omdat het begrip autonome school niet een"^"idig is^ wordt gekozen voor het model vanoperationele autonomie van Marx. Dit modeluitbreiding van de professionaliteit van'eraar van de klas naar de school. Dat houdt^^are vereisten in, omdat niet een accentverschuiving van klassetaken naar schooltaken,'•'aar zowel een onverminderde vakdeskundigals expertise voor vakoverschrijdende taWordt gevergd. Een uitdaging voortoekom^*'9'eraarschapl

  • Praktijktheorie en theorie over de ontwikkeling vanbetrokkenheid bij de natuur

    F.J.J.M. Janssen, A.J. Waario, A.H. Alblas, J.J.S. Broertjes

    Leraren hebben behoefte aan kennis over onderwijsleerprocessen waarmee natuur enmilieueducatieve doelen gerealiseerd kunnenworden. Een professionele kennisbasis voor leraren zou zowel praktijktheorieën van ervarenleraren als relevante wetenschappelijke theorieën moeten bevatten. Beide typen kennis metbetrekking tot ontwikkeling van betrokkenheidbij de natuur zijn onderzocht. Een methode isontwikkeld om de praktijktheorieën van vijf ervaren leraren te (re)construeren en onder tebrengen in een collectieve praktijktheorie.Daarnaast is de waarderingstheorie van Hermans op haar relevantie voor natuur en milieueducatie (NME) onderzocht. Praktijktheorieen theorie blijken ons beide inzicht te verschaffen in betrokkenheidsontwikkeling en kunnenbeide nuttige functies vervullen in (na)scholing.Een vergelijking van de waarderingstheorie ende praktijktheorie heeft geleid tot een voorlopige kennisbasis met betrekking tot betrokkenheidsontwikkeling binnen NME. Deze kennisbasis kan in (na)scholing worden gebruikt enverder worden ontwikkeld.

  • Veranderingscapaciteit en implementatie van het vernieuwingsconcept basisonderwijs

    J. Gennip van , J. Claessen, R. Vegt der van

    geen

  • Vergelijking van taaltest-prestaties van jonge Utrechtseschoolkinderen in 1968 en 1988

    G.A. Kohnstamm, A.K. Vries de , A.M. Slotboom

    In 1968 werd de UTANT, een test voor het metenvan taalvaardigheid bij kinderen van 4 tot 7 jaar,afgenomen aan 586 Utrechtse kinderen. Dezekinderen werden ingedeeld in vier groepen opbasis van het opleidingsniveau van hun ouders.Tussen de twee extreme groepen (I en IV) bleekeen gemiddeld verschil in ontwikkelingstempovan ongeveer anderhalfjaar.

  • Understanding the representational mind

    J. Perner

    geen

  • Towards design Standards for curriculum consistency in corporate education

    J.W.M. Kessels

    Aan prescriptieve modellen voor het ontwerpenvan bedrijfsopleidingen is geen gebrek. Sindshet boek van Tracey (1971) over het ontwerpenvan opleidingsprogramma's zijn er stappenplannen in vele varianten verschenen en het is nietongebruikelijk dat een opleidingsbureau of eenopleidingsafdeling van een groot bedrijf eeneigen model ontwikkelt.