Vol 69 Nr 6 (1992)
Artikel
-
Praktijkkennis van docenten: een blinde vlek van deonderwijskunde
In dit artikel^ wordt betoogd dat de huidige onderwijskundige kennisbasis van het leraarschapeen belangrijke lacune vertoont, in die zin datzowel in de onderwijskundige theorievormingals in het onderwijskundeprogramma van delerarenopleidingen nauwelijks aandacht wordtgeschonken aan datgene wat in de Angelsaksische literatuur wordt aangeduid als 'craftknowledge' of 'wisdom of practice', en dat in ditartikel wordt omschreven als 'praktijkkennisvan docenten'.
-
De meisjes(on)vriendelijkheid van computergebruik in
In het kader van de Internationaal vergelijkendestudie 'Computers in Education' (Comped) vande International Association for the Evaluationof Educational Achievement (lEA) zijn gegevensverzameld over het gebruik van computers inscholen in 21 landen. In dit artikel worden vooreen aantal landen voor het basisonderwijs en deeerste fase van het voortgezet onderwijs enkeleresultaten over de betrokkenheid van vrouwenbij de invoering en het gebruik van deze nieuwetechnologie in het onderwijs besproken. De resultaten laten zien dat in veel landen (inclusiefNederland) het computergebruik in de scholendoor mannen wordt gedomineerd. Vrouwelijkeleerkrachten schatten hun kennis en vaardigheden wat lager in dan hun mannelijke collega's.In alle landen (behalve de Franstalige) heeftminder dan de helft van de scholen een speciaalbeleid gericht op het bevorderen van gelijkemogelijkheden voor jongens en meisjes als hetgaat om computergebruik. Meestal bestaat ditschoolbeleid eruit dat vrouwelijke leerkrachtenworden nageschoold tot leerkracht informatiekunde of worden geselecteerd als computercoördinator. Wat betreft curriculumontwikkeling is een voorzichtige eerste conclusie dat eenmeer meisjesvriendelijke omgeving gecreëerdzou moeten worden.
-
Milieukennis, -attituden en -gedrag en hun onderlingesamenhang in het voortgezet onderwijs
Natuur en milieueducatie (NME) vormt een nieuw en nog relatief ongemarkeerd leer envormingsgebied. Bij gebrek aan geschikt lesmateriaal besteden docenten nog vrijwel geensystematische aandacht aan de wisselwerkingtussen mens en milieu, oorzaken van milieuproblemen, mogelijke oplossingen e.d. Voorzover leerlingen al over milieukennis beschikken, zal deze sterk door de actualiteit bepaald, fragmentarisch en/of onjuist zijn (Eberg,
-
Reconstructie van researchprogramma's als kwalitatievemeta-analyse; het onderzoeksdomein onderwijs en sekse-ongelijkheid
In Nederland wordt vanaf het midden van dejaren zestig op structurele basis onderwijsonderzoek naar maatschappelijke ongelijkheid verricht. Aan het einde van de jaren zeventigverschenen de eerste publikaties over onderzoek naar sekseongelijkheid in het onderwijs.In de trendstudie 'onderwijs en sekse' (TenDam, Van Eek en Volman, 1992) waarop dit artikel is gebaseerd, is onderzocht welke ontwikkelingen zich vanaf 1979 op dit terrein hebbenvoorgedaan en hoe deze te plaatsen zijn in dewetenschapsinteme en externe context.
-
Onderwijsbeleid voorallochtone leerlingen: een aanzet tot evaluatie vooraf
Onlangs verscheen het rapport 'Ceders in detuin: naar een nieuwe opzet van het onderwijsbeleid voor allochtone leerlingen' (uitsluitendschriftelijk te bestellen bij het Distributiecentrum DOP, Postbus 11594, 2502 AN DenHaag, onder vermelding van ISBN 90 3462951 1, en overmaking van ƒ 30.) van eenCommissieVan Kemenade (het onbepaald lidwoord signaleert de verwarring die, vooral onder sociaaldemocraten, zou kunnen optredenmet een andere CommissieVan Kemenade).Kort samengevat stelt de Commissie een herziening voor van het beleid, en wel volgens driesporen:1. Achterstandsbeleid, zonder aanzien vanhet onderscheid autochtoonallochtoon, gebaseerd op de opleiding van de ouders van de leerling en gericht op concentratiegebieden; inplaats van zoals nu op ongeveer de helft van deleerlingen, zou dit beleid op maximaal eenkwart gericht moeten zijn2. Tweedetaalonderwijs (NT2), gericht opverwerving van de Nederlandse taal door leerlingen en ouders3. Onderwijs in allochtone levende talen,op basis van de vraag daarnaar. Bij dit derdespoor gaat het uitdrukkelijk niet om achterstandsbeleid, maar om beleid met een autonome culturele doelstelling.
-
De dadels van Willem
Willem K.B. Hofstee moet een gelukkig mens zijn: in 1987 heeft hij samen met J. Schavelingen K. B. Koster een adviesnota geschreven: Beleidsanalytische Verkenningen, Onderwijsvoorrangsbeleid op schoolniveau. In die notawordt een heldere analyse gegeven van de mogelijkheden en de politieke haalbaarheid omhet instrument outputbeoordeling in hetonderwijsbeleid te gebruiken. Helaas verdween de nota bij zovele andere in een groteopberglade. Nu echter is door de CommissieAllochtone Leerlingen in het Onderwijs datwerkstuk weer opgediept. Er is een aanvullende voorstudie bij geschreven door R. J. Bosker en ziedaar, het gedachtengoed van WillemK.B. Hofstee c.s. wordt onttrokken aan depapierversnipperaar en meegenomen in het adviespakket van de Commissie. Toch waarlijkeen moment om blijmoedig gestemd te raken.Zeker wanneer in de nota Ceders in de tuin, geheel in de geest van de zorgvuldigheid dieHofstee steeds bepleit, staat: "Daarbij (nl. bijresultaatbeoordeling) is het dan wel noodzakelijk, dat de doelstellingen van het beleid,en dus de concreet gewenste resultaten daarvan, beschreven worden in realistische en voorde schoolpraktijk realiseerbare formuleringen", en ook "Daarbij wordt er vanuit gegaan, dat ervaringsgevens van elders en kennisuit onderwijsonderzoek aangewend kunnenworden ter verbetering van de onderwijsresultaten". (Ceders, blz. 53)
-
Scholen in de vernieuwingsarena
De gedachte om dit boek te schrijven is ontstaanomdat beide auteurs overeenstemming zagen inhun onderzoek op het gebied van onderwijsvernieuwing en schoolverbetering. Zij zijn geboeiddoor de vraag hoe landelijk beleid de school binnenkomt en hoe de school daarop reageert. Debevindingen zijn gebaseerd op onderzoek en ervaring naar vernieuwingen in Nederlandse enVlaamse scholen voor primair onderwijs. Vanuiteen door hen opgesteld conceptueel onderdakhopen de auteurs bij te dragen aan verspreidingvan kennis "over de gang van omvattend vernieuwingswerk door mensen in hun school."(p. 7)