Het concept meritocratie en het voortgezet onderwijs
Trefwoorden:
Samenvatting
In deze bijdrage wordt het concept meritocratie nader geanalyseerd. Onderscheid wordt gemaakt tussen enerzijds het kwalificatietraject van jongeren en anderzijds het proces van selectie en toewijzing van posities op de arbeidsmarkt. Meritocratisering van het eerste traject betekent dat succes in het onderwijs niet meer zou moeten samenhangen met ascriptieve kenmerken van leerlingen zoals sekse, sociaal milieu, etnische herkomst of geloof, maar uitsluitend gebaseerd zou moeten zijn op persoonlijke capaciteiten, inzet en belangstelling. Vervolgens worden twee mobiliteitsmodellen onderscheiden waarbinnen het onderwijs een belangrijke rol speelt. Het huidige voortgezet onderwijs in Nederland wordt getypeerd in het perspectief van de onderscheiden mobiliteitsmodellen en de begrippen potentieel en manifest talent worden in dit kader verder uitgewerkt. Ten slotte worden enkele conclusies getrokken op basis van de gerapporteerde onderzoeken in dit themanummer. De hoofdconclusie luidt dat het voortgezet onderwijs in algemene zin op redelijk meritocratische wijze leerlingen tot de eindstreep brengt, zij het dat leerlingen uit de onderscheiden groepen bij aanvang van hun loopbaan in het secundair onderwijs reeds sterk verschillen in capaciteiten, inzet en belangstelling. Echter, met name op selectie- of keuzemomenten binnen opleidingssoorten, zoals vakkenkeuze en voortijdig schoolverlaten, is de betekenis van de achtergrondkenmerken van de leerling ook binnen het voortgezet onderwijs nog belangrijk