SCHOOLCLUBS IN DE BELGISCHE RIJKSONDERWIJSINRICHTINGEN.
Samenvatting
Sinds enkele jaren is de belangstelling voor de diverse vormen van bijschoolse activiteiten in België enorm toegenomen. Tijdens twee driedaagse studieweekends, die in de loop van het schooljaar 19661967te Bredene aan Zee ingericht werden voor leerkrachten van het Rijksonderwijs, werd uitvoerig de noodzakelijkheid besproken om allerleibijschoolse activiteiten in de pedagogische opgaven van het onderwijste betrekken. Zulke activiteiten laten immers aan de jongeren toe initiatieven en verantwoordelijkheid op te nemen, en komen bovendientegemoet aan aspiraties, die niet immer bevredigd worden door wat degewone schoolactiviteit biedt. Vorming van de persoonlijkheid, voortdurende aanpassing bij een snel evoluerend maatschappelijk loven, beErip voor het eigentijdse, zijn dan evenveel doelstellingen ter verwezenlijking waarvan de bijschoolse activiteiten een niet te miskennen bijdrage vormen. Zij zijn bijgevolg een onmisbare voorbereiding tot de^rije tijdsbesteding, die steeds meer en meer ons tijdperk gaat kenmerken. Hierbij speelt echter het vrije initiatief en de vrije keuze van de leereen grote rol. Door middel van de zogenaamde aanvullende activiteiten wordt een zekere vrijheid van keuze aan de leeriingen overgelaten. Het gaat hier over een aantal wekelijkse lesuren, die dus in het^hooiprogramma voorzien zijn, en waarbij de keuze tussen een aandoor de schooloverheid voorgestelde activiteiten gelaten wordt, bv.•Muziek, wiskunde, electronica, knutselwerk, natuurkunde, tekenen,•. Men voelt onmiddellijk aan dat deze aanvullende activiteitenWeliswaar het karakter kunnen aannemen van schoolclubs, maar evende neiging kunnen vertonen herhalingsleergangen te worden,fuivcr bijschoolse activiteiten kunnen echter gpnoemd worden dezee de volledige vrije keuze aan de leeriingen laten om er al of niet aante nemen en los staan van de opgelegde lessenroosters, en naar^ndenverp, aard en organisatie beantwoorden aan de verlangens der^^"geren.