Vol 63 Nr 6 (1986)

Gepubliceerd: 1986-01-01

Artikel

  • Kwalitatief Onderzoek

    M.H. IJzendoorn van

    Zonder de aftandse methodenstrijd nieuwleven te willen inblazen, menen we dat eengrondige behandeling van deze vragen alleenmogelijk is door aandacht te schenken aande wetenschapstheoretische controverses metbetrekking tot kwalitatief onderzoek. Uit deanalyses van Hetebrij en Wardekker blijktdat de discussie over kwalitatief onderzoekbaat kan hebben bij het onderscheid tussendrie niveaus van reflectie: empirisch onderzoek, researchprogramma, en wetenschapsIradilie. Problemen die zich op het niveauvan wetenschapstradities voordoen, zoudenniet op het niveau van empirisch onderzoekkunnen worden opgelost. De auteurs waarschuwen voor een methodisch eclecticisme,waarbij onvoldoende rekening wordt gehouden met diepgaande verschillen op het niveauvan wetenschapstraditie. De integratie vankwalitatieve en kwantitatieve methodenwordt weliswaar in de praktijk van het onderzoek nagestreefd, maar is wetenschapstheoretisch nog onvoldoende afgedekt, zoluidt hun waarschuwing.

  • De kwaliteit van discussies over kwalitatief onderzoek

    M. HETEBRIJ, W.L. WARDEKKER

    Zolang de sociale wetenschappen bestaan zijn daarbinnen discussies gevoerd over de aard en de kwaliteiten van de te gebruiken methoden van onderzoek. Een van de tegenstellingen die in de discussies overheerst, isdie over 'kwantitatieve' versus 'kwalitatieve'methoden. Hoewel de strijd regelmatigoplaait zit er in theoretisch opzicht weinigschot in. En veel onderzoekers, ook in pedagogiek en onderwijskunde, vertonen eensoort discussiemoeheid: hun positie wordt

  • De kwaliteit van kwalitatief onderzoek

    M.H. MIEDEMA

  • Zelfrapportering als techniek bij de studie van onderwijsleerprocessen: een poging tot verheldering

    E. CORTE , J. VERSCHAFFEL

    I'n de loop van de voorbije vijftien jaar is erin allerlei deelgebieden van het (onderwijs)psychologisch onderzoek meer en meergebruik gemaakt van zelfrapporteringsgegevens. Dit is het gevolg van een belangrijkeontwikkeling die zich binnen de psychologieheeft voorgedaan: de cognitieve benaderingvan het menselijk psychisme is hoe langerhoe meer op de voorgrond gekomen ten nadele van de behavioristische aanpak. In dezecognitieve benadering wordt de mens opgevat als een informatieverwerker en staan derhalve de cognitieve structuren en de interneprocessen van informatieverwerking centraalin het onderzoek. Dit brengt mee dat menzich niet kan beperken tot het observeren enregistreren van uitwendige gedragingen. Omtoegang te krijgen tot de inwendige structuren en processen is het arsenaal gebruikelijkeonderzoeksmethoden evenwel ontoereikenden dient men beroep te doen op andere technieken van gegevensverzameling, zoalshardopdenken, intro en retrospectie.

  • Orale cultuur en wetenschapsbeoefening

    M. BOIS-REYMOND

    De laatste jaren is een opvallende ontwikkeling gaande in de geschiedwetenschap en desociale wetenschappen. Zij heeft geleid toteen herleving van onderzoekstradities die inde antropologie al lang beoefend werden endie ook in de sociologie en psychologie nietonbekend zijn: het creëren van systematischekennis middels gesprekken. Bij het bestuderen van samenlevingsvormen die niet gebaseerd zijn op schriftelijke culturen, ligt hetvoeren van gesprekken met respondentenvoor de hand. In combinatie met participerende observatie was het veldinterview voorantropologen lange tijd het voornaamste onderzoeksinstrument. Maar ook de ontwikkeling van sociologie, psychologie en pedagogiek tot wat zij vandaag zijn, is niet denkbaar zonder de kennis die uit mondelingecontacten tussen onderzoekers en onderzochten is voortgekomen. In dit opzicht is degeschiedwetenschap nog het meest eennieuwkomer. Pas de laatste jaren speelt ookdaar het interview met getuigen van eenvoorbije tijd een meer dan marginale rol.

  • Ruimtelijke oriëntatie.

    A. Pennings

    Dit boek, dat ook werd aangeboden als academisch proefschrift aan de Katholieke HogeschoolTilburg, bevat een verslag over de ontwikkeling enevaluatie van het observatie en hulpprogrammaRuimtelijke Oriëntatie. In zeven hoofdstukkenworden de theoretische achtergronden van detoetsbatterij en het traningsprogramma uiteengezet en worden de relevante onderzoeksgegevens gepresenteerd.