Vol 66 Nr 1 (1989)

Gepubliceerd: 1989-01-01

Artikel

  • Instructie van leerlingen met ernstige leerproblemen

    E.J. KAPPERS

    In dit artikel wordt de themaserie "Instructievan leerlingen met ernstige leerproblemen'" geïntroduceerd door een beschrijving van recenteverschuivingen in het behandelingsgerichte onderzoek en van drie ontwikkelingslijnen die erinte onderkennen zijn. Tevens wordt een drietalcentrale begrippen gedefinieerd. De themaserie zal bestaan uit zes artikelen die de ontwikkelingslijnen en begrippen illustreren aan dehand van resultaten van recent onderzoek.

  • Instructiegerichte diagnostiek

    A.J.J.M. RUIJSSENAARS, J.H.M. HAMERS

    In deze bijdrage aan de themaserie "Instructieaan leerlingen met ernstige leerproblemen"gaan we in op instructiegerichte diagnostiekmet behulp van leertests. Aan de hand van eendrietal deelonderzoeken komen verschillen ininstructiebehoefte en instructiegevoeligheid tussen leerlingen aan de orde (onderzoek I), wordtingegaan op een differentiatie tussen leerlingenmet betrekking tot het kunnen profiteren vantaakstructurering en het toepassen van beschikbare strategieën (onderzoek II), en wordt eenaanzet gegeven tot de constructie van een curriculumgebonden leertaak die voor verder valideringsonderzoek kan worden gebruikt (onderzoek III). De drie deelonderzoeken passenbinnen deze themaserie, en indiceren de noodzaak van een meer uitgebreide beschrijving vande leertesttheorie.

  • Het ontdekken en formuleren van problemen

    G.M. BRUGMAN

    Onderzoek en theorievorming met betrekkingtot 'problem fmding' is schaars. Oorzaken hiervan zijn problemen bij het operationaliseren vandit begrip en het niet onderkennen van hetbelang van deze essentiële schakel in de probleemoploscyclus. Bij vroege onderzoekers ophet terrein van probleem oplossen is overigensgeen sprake van een dergelijk hiaat.

  • Rekenonderwijs en computer. Ontwikkelingsonderzoek rekenonderwijs met behulp van de computer

    L. Verschaffel

    Onderhavige publikatie bundelt een tiental tussentijdse rapporten van door de Nederlandse overheid gesubsidieerde projecten in het basis en hetspeciaal onderwijs in het kader van het InformaticaStimulerings Plan (INSP). In sommige gevallen gaathet om al lang lopende projecten die aansluitinggevonden hebben bij de intenties van het INSP; erkomen echter ook een aantal projecten aan bod diepas onlangs gestart zijn.

  • Allochtone leerlingen

    A.M.J. Kloosterman, J.M.G. Leune

    Allereerst wordt de aandacht gevraagdvoor een (nog niet afgesloten) experiment datis gericht op het vergroten van de opvoedingsbekwaamheid van in Nederland woonachtigeTurkse en Surinaamse moeders: het OpStapproject, dat in Israël met succes is uitgeprobeerd onder de titel Hippyproject. Het project wordt geëvalueerd door de Sectie Interculturele Pedagogiek van de Rijksuniversiteit tcLeiden onder leiding van Van den BergEldering. Vervolgens doen twee onderzoekers vanhet Instituut voor Toegepaste Sociale Wetenschappen tc Nijmegen (Jungbluth cn Driessen) verslag van een onderzoek naar pretentiesen verwachtingen van onderwijs in eigen taalen cultuur. Daarna vraagt De Jong (verbonden aan de Afdeling Onderwijsonderzoek vanhet Rotterdams Instituut voor Sociologisch cnBestuurskundig Onderzoek) aandacht voor deproblemen van concentratiescholen: scholenmet meer dan 80% allochtonen. Hij zet uiteenop welke wijze in Gouda wordt geprobeerdom het ontstaan van dit type scholen te verhinderen. Onderzoekers uit Tilburg en Heerlen(Van Hout, Vallen en Stijnen) doen verslagvan een verkennend onderzoek bij Turkse,Marokkaanse en Nederlandse leerlingenwaarin naar oordelen is gevraagd over enkeleaspecten van drie talen in het basisonderwijs:Nederlands, Engels en hun eigen taal. Tenslotte analyseert Kloosterman (K.P.C., DenBosch) enkele recente publikaties over onderwijs cn allochtone leerlingen.

  • HIPPY: een activeringsprogramma voor allochtone en autochtone moeders en kleuters

    L. BERG-ELDERTNG

    Het wordt steeds duidelijker dat allochtone kleuters, ook wanneer zij in Nederland zijn geboren, met een grote achterstand in cognitieve ontwikkeling de basisschool instromen. In ditartikel wordt een voorschools gezinsactiveringsprogramma beschreven dat bedoeld is omde cognitieve ontwikkeling van kleuters thuis testimuleren met behulp van hun moeder. Dit programma (HIPP Y) is eind jaren zestig in Israëlontwikkeld voor immigrantengezinnen uitNoordAfrika en het MiddenOosten. Thanswordt dit programma onder de naam OPSTA Pin Nederland uitgevoerd met moeders en kleuters uit diverse etnischculturele groeperingen.

  • Onderwijs in Eigen Taal en Cultuur

    P. JUNGBLUTH, G. DRIESSEN

    Een drastische reductie van de OETCdoelenlijkt geboden. In plaats daarvan worden nogweer nieuwe doelgebieden acmgedragen, voortbordurend op de pretentie om via O ETC ook de'gewone' schoolprestaties te verbeteren ('debrugfunctie'). OETCleerkrachtvn wordtaanbevolen om migrantenkinderen sehoolgeschikt te maken. Tegelijk wordt elders het helebestaansrecht van OETC in twijfel getrokken.Slaat het de scholen immers niet in de ire^ bijhet opvoeren van de effectieve leertijd terwijl hetde eigen doelen niet realiseert?

  • Toenemende apartheid in het Nederlandse onderwijs: oorzaken, gevolgen en een mogelijke remedie

    M.J. JONG

    Er zijn in Nederland ruim 100 basisscholen metmeer dan 80 procent allochtonen. Deze apartheid in het onderwijs ontstond door een samenspel van woonconcentratie van migranten en helwegtrekken van autochtonen. In dit artikel worden eerst de effecten van het spreidingsheleid inde Verenigde Staten besproken. Positieve effecten met betrekking tot de .schoolprestaties en deintegratie van minderheden worden vaker gerapporteerd dan negatieve. Dat geldt ook voorhet weinige onderzoek dat in Nederland werdverricht. Daarna worden zes verklaringen voorpositieve effecten van spreidittg of negatieve gevolgen van concentratie gegeven. Ten slottekomt de aanpak van Gouda, de enige Nederlandse gemeente met een spreidingsheleid, aande orde.

  • Taaloordelen van allochtone en autochtone basisschoolleerlingen

    R. HOUT , T. VALLEN

    Na een bespreking van Nederlands onderzoeknaar de relatie lussen sociaalculturele oriëntatie en taalvaardigheid bij kinderen uit etnischeminderheidsgroepen wordt verslag gedaan vaneen kleinschalig exploratie/ onderzoek bijTurkse, Marokkaanse en Nederlandse (dialectsprekende en standaardtaalsprekende) leerlingen (n = 168), waarin naar oordelen isgevraagd over de drie belangrijkste tcden in hetbasisonderwijs: Nederlands, Engels en de eigentaal. Deze oordelen hadden betrekking op deelaspecten van het conglomeraat sociaalculturele oriëntatie: taalgebruik in verschillendesituaties, evaluaties van de talen zelf, oriëntatieop en zelfvertrouwen in de talen en de ouderlijkestimulering inzake het leren van de drie betrokken talen. Aan de leerkrachten van de kinderenwerd per individuele leerling een oordeel over detaalvaardigheid Nederlands gevraagd. Overalle drie de talen blijken de allochtone leerlingeneen positiever oordeel te hebben dan de autochtone leerlingen. Daar staat tegenover dat zelagere scores hebben met betrekking tot zelfvertrouwen. Dit patroon wijst eerder op taaionzekerheid bij allochtone leerlingen dan op eenuitgebalanceerde attitude ten opzichte van dedrie betrokken talen. Zoals verwacht werd detaalvaardigheid Nederlands van de autochtoneleerlingen hoger ingeschat dan die van de allochtonen. Verder bleek een redelijk hoge correlatiete bestaan tussen de ontlokte taaioordelen vande leerlingen en de taalvaardigheidsoordelenvan de leerkrachten. '

  • Onderwijs aan en met allochtone leerlingen

    A.M.J. Kloosterman

    Begonnen wordt met een korte situering inde tijd van het onderwijs aan en met allochtone leerlingen. De meest recente 'gebeurtenissen' met betrekking tot het genoemde onderwijs komen aan de orde bij een bespreking vanhet falende beleid. Vervolgens komt het onderzoek aanbod, zij het voornamelijk doorverwijzingen naar de beschikbare bibliografieën. Ten slotte zullen enige van de meestrecente studies en onderzoeksverslagen vermeld worden vooral ter adstruering van hetfalende beleid.

  • Multicultural Education. The Intenninable Debate

    A.M.J. Kloosterman

    Een bijdrage van J. Lynch over het thema'opleiding onderwijsgevenden' richt zich opwat nodig is om opleiders op het spoor te zetten van de multiculturele educatie. Het thema'curricullum' wordt ingevuld door R. Homanin een studie van vijftien verschillende vormenvan 'aanvullend onderwijs' in Engeland, zoalslessen in de avonduren, gedurende hetweekeinde of op zogenaamde 'eigen' scholen.